Over de grens naar Noorwegen.
Zondag 8 juni 2014. Napapiiri – Sodankylä – Vuotso - Ivalo.
Om kwart voor een Finse tijd (een uur later, wat we gisteren nog niet in de gaten hadden!) vertrekken we.
Het is wat koeler, bewolkt met af en toe een buitje. Voor vertrek heb ik nog even Reismee bij gewerkt en hebben we nog naar een cache gezocht hier vlak bij; helaas niet gevonden. Jammer want het zou onze eerste in Finland zijn geweest. Onderweg valt Potkuri Parki (wegrestaurant) op door een sleerijdende vrouwelijke trol voor de deur. Er zijn ’s winters treksleetjes te huur, begrijpen we.Net voor Sodankylä lunchen we. Naderhand kijken we in dit dorp even bij de Vanha Kirkkon. Omdat er op deze pinksterdag een dienst aan de gang is, kunnen we nu niet binnen in de kerk rond kijken. Op het eind van het dorp tanken we nog maar even. We passeren het ene (stuw)meer na het andere. Net voor Vuotso gaan we een parking op voor de theepauze. De zon schijnt weer. Vervolgens lopen we een breed pad op de woestenij in. Helemaal op ons gemak zijn we niet in deze wildernis. Op verkeersgeruis na hoor je hier absoluut niets. Nart fotografeert er enkele aparte planten. Als we door rijden komen we steeds vaker kale vlaktes tegen tussen de bossen. De bomen zijn kleiner en minder dik gezaaid. We maken een rondje door Saariselkä, waarbij in een scherpe bocht, door een niet goed afgesloten koelkastdeur, de pot met Rote Grütze naar buiten komt zeilen: de helft van de inhoud gaat over de vloer. Ik maak de boel zo goed mogelijk schoon en spoel het matje provisorisch af. Tot nu toe zagen we ze alleen nog maar op de waarschuwingsborden maar nu toch echt: de eerste rendieren langs de kant van de weg. Dat gaat zo onverwacht, dat Nart er geen foto van heeft gemaakt. Ja, met een vaartje van 90 km suis je ze voorbij. In Ivalo zoeken we de rivier Ivalojoki op. We gaan er staan bij een pad naar een strandje en bij een soort wasplaats met een enorme wringer. Later komt er een gezin een vloerkleedje uitwassen! Wat later doe ik dan het zelfde met ons nog niet zo schone matje. Op grote balken kun je de uitgewassen spullen laten drogen. De zon blijft uren lang vlak boven de horizon schuiven……
Maandag 9 juni 2014 Inari – Inari(järvi) – Neiden(Noorwegen)
Vandaag dan echt op safari…. Een stukje rijden we nog over weg 4, maar voorbij Inari slaan we af om via weg 971 zo’n 130 km langs het Inarimeer naar Kirkenes (Noorwegen) te rijden. Dit is een smallere weg, zonder middenstreep en wat minder onderhouden. Er zijn wel veel parkeerplaatsen langs de route zodat we geregeld een stop kunnen maken. Het verwondert ons dat zo ver noordwaarts nog zoveel bomen groeien. Er zijn ook grote kale vlaktes met lage begroeiing. We houden een slakkengangetje aan, dan kun je beter alles zien links en rechts. In Inari hebben we nog eens getankt; hier moet je aangeven voor welk bedrag je wilt. Het is dus een gok eigenlijk hoeveel er in past. In Noorwegen is de Diesel 1,80 euro per liter! We hopen vlak voor de grens nog eens vol te kunnen gooien. Het is een fantastische rit! De zon schijnt en het landschap is boeiend. We zien en fotograferen rendieren en prachtige meren met begroeide eilandjes erin. Het verveelt geen moment. We passeren een stuk waarbij het lijkt of we door een duingebied rijden; af en toe ligt de weg hoog boven het water en een anderen keer rijden we op gelijke hoogte. Als we denken een rustig plekje te hebben gevonden om een tijdje rond te wandelen, draaien we snel weer terug naar de weg…hele zwermen muggen liggen op de loer om ons te pakken! Näätämö is het laatste gehucht voor de Noorse grens. Een café, een winkeltje en een benzinepomp; meer is het niet. Hier willen we de laatste druppels Finse Diesel kopen….helaas…ik denk er nog voor 20 euro bij te kunnen proppen, maar bij €14 stroomt ie over…… Ja, dat heb je dan als je spaarzaam wilt zijn…. We verlaten nu Fins Lapland en komen Noors Finmark in. Bij de grens is het ook nog even spannend….we hebben meer wijn bij ons dan is toe gestaan. Je mag maar 3 liter (per persoon?) invoeren. (Met dank aan Abe die dat ons per sms liet weten).Maar er staat niemand, zelfs de paspoorten worden niet gecontroleerd, er hangen alleen camera’s. Verderop staat een verlaten(?) douanehuisje. Bij de afslag naar Kirkenes (43 km) ligt Neiden. Hier stroomt de Neidenelva via een serie stroomversnellingen vanuit het Finse Inarimeer in de Varangerfjord (Barentszee!). Net na de brug is een rustig parkeerplaatsje, waar we stoppen. In eerste instantie om de woeste waterval te bekijken die hier onder de brug door dendert, wat later besluiten we hier te overnachten. Het schijnt dat de zalmen hier ’s zomers tegen de stroomversnellingen op springen; dat moet een spectaculair gezicht zijn. We zien ze nu niet; wel zijn er een aantal vissers met dikke lijnen aan het hengelen.
Dinsdag 10 juni 2014. Langs de Varangerfjord naar Kirkenes v.v. en door richting Bugoynes.
Ja, de 4000 km grens is al gepasseerd. We rijden naar Kirkenes, de laatste stad voor de Russische grens en de eindhalte van de E6 en de Kustexpres (Hurtigrute), die elke ochtend in Bergen vertrekt, dag en nacht door vaart en na 7 dagen in Kirkenes arriveert. De stad heeft tijdens de 2e wereldoorlog er flink van langs gekregen en werd compleet gebombardeerd en platgebrand door zowel de Russen als de Duitsers, vanwege de strategische ligging. Aan de 2 talige straatnaambordjes is te zien dat er tegenwoordig veel Russen wonen. Vlak voor Kirkenes ligt een militaire basis en langs de weg staan waarschuwingsborden. We bekijken er de haven en zoeken een pinautomaat voor de nodige Noorse Kronen. Er is een camperplaats maar we hebben geen zin hier te blijven en maken alleen gebruik van de loos-service en dus rijden we terug langs het schitterende Varangerfjord, waarbij we diverse stops maken om van het uitzicht te genieten. Net voor Neiden zoeken we nog even naar het piepkleine en enige orthodoxe kerkje dat Noorwegen rijk is. We kunnen er niet parkeren, dus maken we alleen een foto. Dan gaat het door over de E6, de langste weg door Noorwegen. We zien op de borden dat het alleen al tot Narvik dik 1000 km is. Inmiddels zijn de bergen hoger geworden, hier en daar bedekt met sneeuwresten en zien we vaker mosvlaktes er tussen. Om 15.45 uur stoppen we net iets verder dan de afslag naar Bugøynes op een parking met een weids uitzicht over het Varangerfjord. In de verte zijn sneeuwvelden aaneengesloten. Tot na vijven wandelen we over een pad,dat over een kleurrijke keienvlakte gaat richting het water. We zien er laag struikgewas, miniberkjes, heel kleine roze bloempjes en wat grotere witte met een geel hart. Er struint een Bontbekplevier rond, die ons waarschuwt, dat hij er ook is. Op de terugweg zien we hem nog eens. Wat een geweldige plek is dit!
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}